Water en water en papier

We verlaten onze heerlijke logde in Nata , vandaag rijden we naar Kasane.

Dit ligt in het noord-oosten van Botswana en is bij het 4-landenpunt met Namibië, Zambia en Zimbabwe.

De weg ernaartoe is een rechte weg, 300 km omhoog, gelukkig asfalt.

Onderweg komen we niet veel tegen, af en toe een vrachtwagen of auto, paar olifanten, wat giraffes en verder een uitgestrekt landschap.

We komen dus ook geen restaurantje tegen, plassen doen we maar gewoon langs de kant van de weg.

De reis gaat voorspoedig en we zijn al net na de middag bij onze lodge. We blijven hier 3 nachten. Dat is wel lekker, de middag doen we verder niets, beetje zwemmen en lezen en luieren.

Op donderdag hebben een excursie geboekt naar de Victoria Falls aan de Zimbabwe kant. We worden naar de grens gebracht en daar staat onze gids ons op te wachten . Eerst een stempel halen dat we Botswana verlaten, dan een paar honderd meter verderop formulieren invullen, bij loket 1 gaan staan, $ 30 per persoon betalen, en een meneer schrijft alles over van je paspoort, door naar loket 2 , waar een ander weer alles overschrijft op een sticker en deze in je paspoort plakt: visum is binnen.

Op naar de Victoria Falls. Het is een uurtje rijden en als we aankomen vertelt onze gids het nodige over de historie en de watervallen. We zijn in het droge seizoen, dat houdt in dat de watervallen onderbroken zijn door wat drogere stukken, maar ook dat er minder sproei en nevel is en we de watervallen goed kunnen zien en niet kleddernat worden.

Het is een magnifiek gezicht, zoveel kracht als het water heeft, prachtig. Af en toe voelen we wat nevel, heerlijk, want het is erg warm. Veel drinken ook, dat hebben we bij ons.We verlaten het park en gaan lunchen op een prachtige plek aan de Zambezi rivier. Wat een uitzicht ! En het eten is ook heerlijk.

Daarna vangt de terugreis aan en wederom bij de grens eerst je visum laten aftekenen dat je Zimbabwe verlaat en daarna weer een stempel halen om Botswana weer in te gaan. ‘ s Avonds bij de lodge in het restaurant wat eten, onze serveerster weet nog wat we willen drinken, en ik heb een van de meest lekkere pizza’s ooit en daarna ons mandje in.

Vrijdag gaan we zelf op pad, naar het Chobe National Park. Het ligt zo’n 8 km van de lodge en we gaan er zelf naartoe. Ook hier eerst weer een hele papieren aanmelding , tja, iedereen moet aan het werk blijven.

Dit park ligt langs de Chobe rivier, en is heel anders dan andere wildparken waar we geweest zijn. Er moeten hier veel olifanten zijn. We rijden langs de rivier en ja, er komt een groep van zo’n 20 olifanten drinken bij de rivier. Dit blijft toch een fantastisch gezicht. Even doorrijden en we zien weer een groep olifanten. Ook zien we nijlpaarden en giraffes en heel veel buffels, zebra’s en kudu’s en impalas.

We blijven de rivier volgen en ongelooflijk hoeveel dieren hier zijn.Er is veel water en daar komen de dieren op af. In dit park zijn geen leeuwen , dus daar hoeven we niet naar te speuren.

Op de terugweg rijden we meer bovenlangs met mooi uitzicht op de vlaktes langs de rivier, er staan honderden olifanten, geweldig . En wel 50 giraffes, en heel veel ander wild. We hebben nog niet eerder zoveel wild bij elkaar gezien. Wat een prachtig gezicht, al die dieren die bij de rivier zijn.

Dit was ook weer zeer de moeite waard.

terug naar de lodge, nog even lezen enzo en op naar het eten.

als we in het restaurant komen, staan onze drankjes al klaar en genieten we wederom van een heerlijke maaltijd.

We hebben hier in Kasane mooie avonturen beleefd, het houdt niet op deze reis.

Groeten, Gerard en Sandra