Simba en tembo, faru en mbogo

Het leven in Tanzania is heel anders dan bij ons.
Mensen verkopen van alles langs de weg, en alles ligt ook gewoon buiten.
De hoofdwegen zijn geasfalteerd, maar de zijwegen is allemaal stof en hobbelig.
De bevolking verplaatst zich met busjes, Dala Dala genoemd, over de hoofdwegen, en daarna gaan ze verder op 125 cc taxi motoren.
Internet is er nauwelijks, dus vandaar dat de verslagen op zich hebben laten wachten.
Wij gaan weer op pad met onze gids en chauffeur. In de jeep kan het dak omhoog, zodat we 360 graden rond kunnen kijken. Van al dat staan met de kop in de buitenlucht en de wind in de haren, wordt je wel lekker rozig.

Woensdag 4 september.
Na een goede nacht slapen, het wordt hier lekker koud, dus dat is heerlijk als je in bed ligt, vanmorgen vroeg op.

Om 5.30 uur ging het gezang van de moskee al aan, want Tanzania is een moslimland. We zouden om 8 uur vertrekken naar Lake Manyara National Park.
Een park met veel groen. Veel bomen en heel veel zout water.
De schaduw was erg prettig want het werd alweer aardig warm.
Vandaag hebben we veel apen gezien en veel zebra's en gnoes. Helaas ook een kadaver van een nijlpaard en een nijlpaard dat stervende was. Volgens onze gids heerst er een ziekte onder de nijlpaarden. Dat is ook de natuur.
De olifanten waren er ook, en die kwamen echt heel dichtbij, ze passeerden de auto rakelings, echt supergaaf. Heel veel foto's gemaakt en we konden ze bijna aanraken.
Dit is gewoon onbeschrijflijk. Ook een slang gespot, een van de minder aangename dieren vindt Sandra, maar toch maar wel op de foto gezet.
In de middag teruggereden naar de lodge en daar even het stof afspoelen in het zwembad, en genieten met een cocktail.
' s avonds lekker gegeten, en een lokale wijn erbij gedronken. We waren de enigste gasten in het restaurant, dus aan aandacht komen we niets tekort van de vriendelijke bediening.
De avond valt snel en ook voor ons, dus om half 10 is het wel bedtijd geworden in Karatu.


Donderdag 5 september.

We zijn in een live uitzending van National Geographic beland.
Wow, wow, wow.

Vandaag gaan we de Ngorongoro krater bezoeken.
Deze krater is van noord naar zuid 30 km en van oost naar west 27 km.
De dieren die hier leven, kunnen niet uit de krater komen.
We klimmen eerst naar 2.000 meter hoogte, een enorme stofweg met bobbels en kuilen, erg fijn voor Gerard zijn sleutelbeen.
Boven aangekomen kunnen we in de krater kijken, en wat we zien is gewoon te mooi voor onze ogen. Er is een groot zoutwater meer, en heel veel land.
Na deze indruk gaan we de krater in met de jeep.
We zien enorm veel gnoes, wel honderden in meer dan tientallen groepen. Ook weer veel zebra's. We spotten jakhalzen en ja hoor, even verder liggen 3 leeuwinnen, eentje ligt bijna tegen een voor ons stilstaande jeep aan. Als ze in het gras verdwijnt, zie je ze gewoon niet meer.
We rijden verder en zien nog veel meer, nijlpaarden en buffels en wrattenzwijnen en heel veel verschillende soorten herten.
Dan verneemt onze gids dat er een zwarteneushoorn in gesignaleerd.
En ineens staan we met zo'n 40 jeeps in een rijtje te kijken naar een zwarte neushoorn.
Na ons lunchpakket genuttigd te hebben, gaan we verder naar een meer waar wel meer dan honderd buffels zijn, met pelikanen en ooievaars en nijlpaarden. Ook komen de hyena's een kijkje nemen, eentje loopt vlak achter onze jeep langs.
en als of het nog niet genoeg is voor vandaag, rijden we nog langs een uitbuikende leeuw, die ligt op 5 meter van de jeep. Daar kan je ook naar blijven kijken. Tot slot nog een zwarte neushoorn gespot, echt bijzonder, want deze dieren zijn zeldzaam.
Rozig en vol van indrukken verlaten we de krater om naar onze lodge terug te rijden voor een lekker diner en een goede nachtrust.
Morgen vertrekken we naar de echte wildernis, waar we in tenten tussen de dieren slapen.

Gerard en Sandra

Simba = leeuw
Tempo= olifant
Faru = neushoorn
Mbov's = buffel